terug

Einde zwerfafval in zicht?

Zwerfafval is al jaren een van de grootste ergernissen van de burger. Maar er gloort licht aan het einde van de tunnel. Door de introductie van statiegeld en de invoering van Europese regelgeving rondom wegwerpplastic worden momenteel serieuze stappen gezet in de strijd tegen zwerfafval. 

Als we even teruggaan in de tijd zien we dat de afgelopen decennia door Nederland Schoon en met verschillende landelijke stimuleringsprogramma’s is getracht het tij te keren. Al in de Convenanten Verpakkingen van het begin van deze eeuw waren ambitieuze doelstellingen gesteld van 80 procent minder flesjes en blikjes en 45 procent minder restafval. Helaas bleek het aan het einde van het Convenant niet mogelijk te meten of dit al dan niet was gelukt. In het Besluit Verpakkingen en de Raamovereenkomsten Verpakkingen die daarna kwamen, waren de doelen minder ambitieus gedefinieerd in termen van ‘zwerfafval zoveel mogelijk verminderen’. 

Vanaf 2008 is er met landelijke programma’s zoals het Impulsprogramma Zwerfafval, het Focusprogramma Zwerfafval en de Landelijke Aanpak Zwerfafval werk gemaakt van het versterken van de zwerfafvalaanpak. In deze programma’s werkten de VNG, NederlandSchoon, Rijkwaterstaat en de NVRD nauw samen aan het versterken en professionaliseren van de zwerfafvalaanpak in Nederland. De programma’s waren gericht op een brede aanpak en werden gefinancierd door het Ministerie van Infrastructuur en Milieu en het verpakkende bedrijfsleven. Onderdeel van de laatste Raamovereenkomst Verpakkingen was een bijdrage van het verpakkende bedrijfsleven van jaarlijks 20 miljoen euro voor de extra zwerfafvalaanpak door gemeenten; de zogenaamde zwerfafvalvergoeding. 


Professional in de openbare ruimte? Dan lees je Stadswerk Magazine!


Aan deze samenwerking is een einde gekomen met de discussie over statiegeld op kleine flesjes en blikjes. Waar het verpakkende bedrijfsleven hier geen heil in zag, waren gemeenten bijna unaniem voorstander van de invoering van statiegeld. Omdat het niet is gelukt zonder statiegeld tot een reductie van minimaal 70 procent flesjes te komen, heeft de voormalige staatsecretaris besloten statiegeld in te voeren. Vanaf juli dit jaar op kleine plastic flesjes en vanaf eind volgend jaar ook op blikjes. De officiële monitorresultaten zijn nog niet bekend maar de eerste resultaten zijn veelbelovend; er worden al aanmerkelijk minder plastic flesjes in het zwerfafval aangetroffen. Wat betreft flesjes, en zo meteen blikjes, lijkt het einde van zwerfafval daadwerkelijk in zicht. 

Richtlijn Single Use Plastic 

Veelbelovend is ook de implementatie van de zogenaamde Single Use Plastic-richtlijn die op dit moment in volle gang is. De richtlijn is gericht op het voorkomen van plastic zwerfafval en het terugdringen van plastic wegwerpproducten die veel op stranden werden aangetroffen. De Europese richtlijn is vertaald in een Nederlandse regeling. Een van de meest is het oog springende maatregelen die hieruit voortvloeit, is het verbod op een aantal plastic wegwerpproducten. Sinds juli dit jaar is het in Nederland verboden plastic bordjes, bestek, roerstaafjes, rietjes, wattenstaafjes en ballonstokjes te verkopen. Als de huidige voorraden op zijn, zullen we deze producten dus ook niet meer in het zwerfval aantreffen. 

Een ander belangrijk onderdeel van de richtlijn wordt momenteel vormgegeven en in januari 2023 geïmplementeerd. Dit onderdeel bevat regels voor het terugdringen van eenmalige verpakkingen, uitgebreide producentenverantwoordelijkheid en bewustwordingsmaatregelen. 

Om het gebruik van eenmalige verpakkingen terug te dringen, wordt gedacht aan een verbod op het gebruik van wegwerpdrinkbekers en maaltijdverpakkingen voor consumptie ter plekke. Dit wordt verboden tenzij de inrichting of het evenement kan garanderen dat veruit het grootse deel gescheiden wordt ingezameld en gerecycled. Voor ‘consumptie-on-the go’ mogen drinkbekers en maaltijdverpakkingen niet meer gratis worden aangeboden. Net als bij plastic tasjes zal ervoor betaald moeten worden. Ook moet er een herbruikbaar alternatief worden aangeboden. Het aandeel plastic wegwerpverpakkingen in het zwerfafval zal dus op termijn flink gaan afnemen. 

Producenten medeverantwoordelijk voor opruimen 

Voor gemeentelijke en andere gebiedsbeheerders is het verder van belang dat producenten vanaf 2023 verantwoordelijk worden voor de kosten van het opruimen van (zwerf)afval. Gemeenten ontvangen dan dus een vergoeding voor dat deel van de opruimkosten dat betrekking heeft op verpakkingen, drinkbekers, lichte plastic tassen, vochtige doekjes, tabaksproducten (met filters) en ballonnen. Dit betreft zowel de kosten voor onder andere straatreiniging als openbare afvalvoorzieningen. 

Foto: Gemeentewerf, CC BY-SA 4.0, via Wikimedia Commons

Naast deze verplichtingen zijn of worden de producenten ook verantwoordelijk voor onder andere bewustwordingscampagnes en het plaatsen van logo’s. Verder moeten doppen vanaf 2024 vastzitten aan flessen en moeten plastic flessen in 2025 voor minimaal 25 procent uit gerecycled kunststof bestaan. In de richtlijn Kunststoffen voor eenmalig gebruik en de aanpassing van het Besluit Verpakkingen, die bij verschijnen van dit tijdschrift inmiddels zijn gepubliceerd, zal duidelijk worden hoe dat is uitgewerkt. 

Campagnes en integrale aanpak blijven nodig 

En dan de hamvraag: is het einde van het zwerfafval dan in zicht? Er worden belangrijke stappen gezet maar een integrale aanpak door gemeenten, ondersteund met landelijke campagnes, blijft mijns inziens nodig. Andere productgroepen zoals kauwgom kunnen wellicht onder de regeling gaan vallen. En er doemen altijd nieuwe uitdagingen op. Zo hebben gemeenten momenteel de handen vol aan het voorkomen van overlast door bijplaatsingen bij ondergrondse afvalcontainers. Wellicht is het tijd voor een nieuwe campagne: ‘Laat niet als dank voor het online kopen de buurt de verpakkingen en dozen’, als eigentijdse variant op de ANWB-slogan van honderd jaar geleden om zwerfafval tegen te gaan. Ik spreek de hoop uit dat we dit keer geen honderd jaar nodig zullen hebben voor een oplossing. 

Van onze partner, Stadswerk Magazine (nummer 8, 2021). Tekst: Bas Peeters, Koninklijke NVRD

Foto bovenaan: Donk A, CC BY-SA 4.0, via Wikimedia Commons


Bekijk ook deze items