terug

Leids onderzoek: groen puntensysteem goed voor leefomgeving

Een puntensysteem voor natuurinclusief bouwen bij de aanbesteding is niet alleen goed voor het groen en de biodiversiteit, maar levert ook veel winst op voor de wijken en bewoners. Dit blijkt uit een onderzoek van masterstudent Marije Sesink aan de Universiteit Leiden. Voor deze studie gebruikte ze Den Haag als voorbeeld.

In Nederland wordt steeds vaker ingezet op natuurinclusief bouwen, oftewel bouwen met oog op de natuur en biodiversiteit. Denk hierbij bijvoorbeeld aan groene daken, het inbouwen van nestkasten en het beplanten van meer struiken rondom bebouwing. Dit soort maatregelen komen in het algemeen de biodiversiteit ten goede.

Voordelen voor mensen

Volgens Sesink heeft natuurinclusief bouwen echter niet alleen op dieren een positief effect, maar ook op mensen, via zogenaamde ‘ecosysteemdiensten’. Zo zorgt meer groen bijvoorbeeld zomers voor meer verkoeling en houdt een groene omgeving meer water vast. Daarnaast ervaren bewoners een groene leefomgeving simpelweg als prettiger voelen ze zich er meer ontspannen, aldus de onderzoeker.


Op de hoogte blijven van het laatste nieuws over de openbare ruimte?


Voor haar onderzoek, keek Sesink of het puntensyteem dat nu bij aanbestedingen wordt gebruikt in de praktijk ook daadwerkelijk dergelijke ecosysteemdiensten oplevert. Bij puntensystemen kennen gemeenten punten toe aan natuurinclusieve onderdelen van plannen van projectontwikkelaars. Een plan dat veel punten scoort, maakt ook meer kans om uitgevoerd te worden. Om de effectiviteit van dit systeem te onderzoeken, gebruikte Sesink gemeente Den Haag als caste study. De gemeente stelde in 2019 als eerste in Nederland zo’n puntensysteem op, om het natuurinclusief bouwen te bevorderen.

Aansturen op specifieke ecosysteemdiensten

Uit het onderzoek van de masterstudent bleek dat het puntensysteem inderdaad een nuttige bijdrage kan leveren aan het verwezenlijken van groene ambities van gemeenten. Zo’n systeem helpt gemeenten namelijk om bij bouwprojecten aan te sturen op specifieke ecosysteemdiensten. In het geval van Den Haag waren dit het verminderen van hittestress en het verbeteren van de wateropslag.

Sesink doet in haar studie ook nog een aanbeveling voor De Haag: ‘De gemeente heeft in een nieuwe versie van het puntensysteem de buurtopdeling eruit gehaald en gebruikt nu een systeem dat voor de hele stad geldt. Maar juist wijkspecifieke puntensystemen kunnen volgens mij heel nuttig zijn. Een wijktype (bijvoorbeeld historisch centrum, vinex, hoogbouw), zoals die in het eerste puntensysteem werden gebruikt, geeft een indicatie van welke ecosysteemdiensten daar nuttig kunnen zijn en welke maatregelen op die plek kunnen bijdragen aan een fijnere leefomgeving.’

Foto bovenaan: Nanda Sluijsmans from Den Haag, Nederland, CC BY-SA 2.0, via Wikimedia Commons

Bronnen: Universiteit Leiden, Binnenlands Bestuur


Bekijk ook deze items