De eikenprocessierups bestrijden: hoe pak je dat aan?
Afgelopen jaren hebben we ervaren dat de eikenprocessierups onze gezondheid en ons welbevinden aanzienlijk kan schaden. Wat is een effectieve aanpak om de overlast te beheersen zonder onnodig hoge beheerkosten te maken? Halverwege 2020 verscheen hiervoor de ‘Leidraad beheersing eikenprocessierups’, om deze vragen te beantwoorden.
Het beheersen van overlast van de eikenprocessierups (EPR) vraagt een systematische, doordachte aanpak. Die aanpak bestaat uit de volgende elementen:
- Risico-inventarisatie
- Preventie
- Monitoring
- Bestrijding
- Communicatie
We lopen in dit artikel de stappen kort langs. De volledige tekst is te vinden in de ‘Leidraad beheersing eikenprocessierups’, die is te downloaden via processierups.nu/ leidraad-beheersing-eikenprocessierups.
Risico-inventarisatie
Waar staan beplantingen met in het bijzonder Europese eikensoorten en met name in lanen of alleenstaand met geen of weinig ondergroei? Er geldt een hoog risico wanneer bij deze beplantingen (veel) mensen wonen, werken, passeren of recreëren. Ook de nabijheid van (landbouw) huisdieren speelt een rol.
Preventie
Preventie bestaat uit twee onderdelen. Als de beplanting erg eenzijdig en het aandeel Europese eiken hoog is, kan de beplanting worden omgevormd door bij inboet en vervanging te kiezen voor een gevarieerder boomsoortenbestand. Dit is natuurlijk een maatregel die pas op langere termijn effect heeft.
Een andere preventieve maatregel is het scheppen van goede condities voor natuurlijke vijanden van de eikenprocessierups (EPR) rond gevoelige beplanting. Sluipvliegen, sluipwespen en andere insecten zijn belangrijke natuurlijke vijanden van de eikenprocessierups. Ook veel vogels lusten wel een rupsje. Op veel plaatsen in het Nederlandse monotone landschap ontbreken goede condities voor deze natuurlijke vijanden. Bloemrijk en insectenvriendelijk bermbeheer kunnen hierbij helpen, maar ook een gevarieerde begroeiing van struiken onder de eiken. Ook het ophangen van nestkastjes voor vogels of vleermuiskastjes kan helpen als nest- en schuilgelegenheid anders onvoldoende aanwezig zijn.
Monitoring
In gebieden met een hoog risico kan monitoring helpen bij de voorbereiding op het daaropvolgende jaar. Zogeheten feromoonvallen kunnen een indruk geven van het aantal uitgevlogen vlinders. Een goed beeld van de plaagdruk wordt ook verkregen door inventarisatie van het aantal nesten in combinatie met gegevens over de uitgevoerde bestrijdingsmaatregelen.
Bestrijding van de eikenprocessierups
We spreken van preventieve en curatieve bestrijding. Preventieve bestrijding is het bespuiten van de eik met een biologisch middel voordat er rupsen met irriterende brandharen aanwezig zijn (dat treedt op vanaf het vierde larvale stadium). Als deze behandeling slaagt, voorkom je dat de rups brandharen produceert en is zo de overlast dat jaar succesvol bestreden. Voor deze bestrijding zijn twee methoden beschikbaar: bestrijding met een bacteriepreparaat (Bacillus thuringiensis, merknaam Xentari) en bestrijding met nematoden van de soort Steinernema feltiae (aaltjes). Beide methoden moeten op het juiste moment (voor een goede effectiviteit) en met zorg voor de eventuele aanwezigheid van beschermde vlindersoorten worden uitgevoerd. Beide middelen hebben immers ook voor andere rupsen een dodelijk effect. Men kan ongewenste effecten vermijden door gebruik te maken van kaarten waarop de aanwezigheid van beschermde soorten is aangegeven.
De curatieve bestrijding is het verwijderen van rupsennesten als deze aanwezig zijn in de boom of aan de boomvoet door wegzuigen. Zodra deze nesten zichtbaar zijn, hebben de rupsen al brandharen ontwikkeld. Door het verwijderen van nesten ben je de plaag dus niet voor, maar wordt wel overlast vermeden. Bij de curatieve bestrijding zijn er drie belangrijke aandachtspunten. Ten eerste is het belangrijk dat de uitvoerders uitstekend beschermd zijn. Ten tweede dient het publiek te worden gewaarschuwd en/of door een wegafzetting op afstand te worden gehouden tijdens de bestrijding. Ten derde is het van belang dat de verzamelde rupsrestanten op een verantwoorde manier worden afgevoerd.
Communicatie
Het is belangrijk dat de medewerkers buiten op de hoogte zijn van de risico’s en de benodigde beschermingsmiddelen toepassen, indien ze betrokken zijn bij de bestrijding of andere werkzaamheden op besmette plaatsen moeten uitvoeren. Ook toezichthouders buiten moeten goed op de hoogte zijn, enerzijds om zelf op te letten op eventuele aanwezigheid van de EPR, en anderzijds om het publiek te informeren. Via de eigen website van de gemeente kunnen bezoekers, bewoners en passanten in algemene termen worden geïnformeerd over het herkennen van de eikenprocessierups maar ook over beheermaatregelen die genomen worden. Ook kan gelegenheid worden geboden om meldingen door te geven. Indien de melder tegelijk een foto opstuurt, kan in veel gevallen direct al worden gecontroleerd of het een correcte EPR-melding betreft, of dat er sprake is van een ander insect, zoals de spinselmot.
Door met risicozoneringen te werken kan per risicogebied een specifiek beleid en beheer worden ingezet. Zo kan mogelijk worden volstaan met voorlichting in een gebied met weinig bezoekers en een geringe of middelmatige plaagdruk. In gebieden met een hoge gebruikersdruk en veel te verwachten eikenprocessierupsen zal eerder preventieve bestrijding aan de orde zijn. Indien er curatieve maatregelen worden getroffen in de loop van het seizoen, zoals het opzuigen van de rupsen(nesten), dan is het belangrijk om het publiek hierop te wijzen. Het publiceren van een actueel overzicht kan hierbij behulpzaam zijn. Bij een hoge plaagdruk kunnen ook waarschuwingsborden worden geplaatst bij de ingang van het terrein. Ook kan de beheerder een gebied afsluiten indien er te grote risico’s zijn.
Evenwichtige bestrijding
Ter afsluiting: het beheren van de eikenprocessierups is een uitdaging. Nadelige effecten van preventieve bestrijding moeten worden afgewogen tegen overlast en mogelijke gezondheidsschade voor mens en dier. De preventieve bestrijding moet ook in evenwicht zijn met beheer dat juist gericht is op verhoging van de biodiversiteit ter plaatse, waardoor een plaag-onderdrukkend effect kan ontstaan. Belangrijk is een goede monitoring, zodat de beheerder weet waar de plaagdruk kan worden verwacht en toepassing van de leidraad beheersing eikenprocessierups (zie processierups. nu/leidraad-beheersing-eikenprocessierups). Dan kan de eikenprocessierups goed worden beheerst en kan overlast tot acceptabel niveau beperkt worden, terwijl onnodig hoge beheerkosten worden voorkomen.
Met de zoekterm ‘dossier eikenprocessierups nature today’ komt u bij een informatieve pagina over de eikenprocessierups.
Joop Spijker is werkzaam bij Wageningen Environmental Research en lid van het Kenniscentrum Eikenprocessierups
Van onze partner, Stadswerk Magazine (nummer 4, 2020). TEKST: Joop Spijker, Wageningen University & Research