Henk Groenendijk blikt terug op een halve eeuw werk in Rotterdam
Het werk in de openbare ruimte verandert voortdurend door nieuwe technieken, inzichten en trends. Maar zijn er ook constanten? Niemand aan wie we dat beter kunnen vragen dan aan Henk Groenendijk. Deze Stadswerker ging vorig jaar na een dienstverband van ruim een halve eeuw (!) voor de gemeente Rotterdam met pensioen.
Vijftien jaar oud was Henk Groenendijk toen hij op sollicitatiegesprek ging bij de gemeente Rotterdam. ‘Ik was zo groen als gras en had weinig vaardigheden. Alleen tekenen, geleerd aan de LTS, kon ik wel. Het gesprek duurde heel kort; ik had amper een woord gezegd en was al aangenomen.’
In de jaren die volgden, schoolde Henk flink bij en maakte hij een grote ontwikkeling door bij de gemeente. Hij vervulde er diverse leidinggevende functies, vooral bij het Ingenieursbureau, dat later opging in de Dienst Stadsontwikkeling. ‘Ik had nooit gedacht dat het zo zou lopen’, zegt de gepensioneerde ambtenaar. ‘Dat heeft alles te maken met de cultuur bij de gemeente en de collegialiteit die ik altijd heb ervaren. Je krijgt er alle kansen en de mensen doen hun werk met lef en overtuiging, en tegelijkertijd in alle bescheidenheid. Daar voel ik me helemaal bij thuis.’
Constanten
Naast de ervaren collegialiteit zijn er meer constanten te onderscheiden in de loopbaan van de oud-werknemer. Om te beginnen: zien wat een indrukwekkend geheel de stad is met al zijn bouwwerken en infrastructuur, en de lef die het vraagt om dat allemaal te realiseren en beheren. ‘Als jongetje was ik al gefascineerd door die grote bouwputten die de wederopbouwperiode zo kenmerkten. Als je er dan tijdens je werkende leven langzaam achter komt hoe ingewikkeld het is om daaraan te werken, dan wordt die fascinatie alleen maar groter. En dat ik daar een bijdrage – hoe minuscuul ook – aan heb mogen leveren, daar word ik blij van. Ik heb bijvoorbeeld in het begin van mijn loopbaan een situatieschets van de nieuw aan te leggen Botlektunnel gemaakt. En later was ik eindverantwoordelijke voor de redactie van het bestek van de Erasmusbrug. Dat zijn dingen die je bijblijven.’ Een oud-collega van Groenendijk noemt later nog een spraakmakend project om glasvezel in betonnen funderingen aan te brengen voor bijvoorbeeld sterktemetingen.
Professional in de openbare ruimte? Dan lees je Stadswerk Magazine!
Iets anders wat Groenendijk altijd is blijven zien, is de sociale impact van het werk, hoe technisch het in de uitvoering ook kan zijn. ‘We doen het voor de mensen, zo heeft het altijd voor ons gevoeld. We kwamen in de wijken en ontmoetten dan ook bewoners. Dat versterkt dan ook dat mensgerichte gevoel, zeker als je ze later in een park ziet lopen waar we aan hebben gewerkt.’ Vandaag de dag gaat bewonersparticipatie heel anders, ziet ook Henk. ‘Mensen zijn mondiger geworden en inspraak is geformaliseerd. Je zou het ook kunnen zien als professionalisering van de burger.’
Nu en in de toekomst
De ontwikkelingen in de stad gaan in volle vaart door. Zaken als de energietransitie en klimaatadaptatie stellen ook nu weer de ingenieurs danig op de proef. ‘We kunnen inspiratie ontlenen aan onze voorgangers, de mentaliteit van lef en toewijding die zij aan de dag legden, én de sociale inslag die ze hadden. Ik denk aan iemand Willem Nicolaas Rose, stadsarchitect van Rotterdam in de negentiende eeuw (zie ook kadertekst, red.). Een sociaal sterk bewogen man, die met ambitieuze waterbouwkundige plannen belangrijk heeft bijgedragen aan de bestrijding van cholera. Concreter zou je nog eens goed kunnen kijken naar hoe ze werk met werk maakten, ofwel het slim combineren van werkzaamheden, in de wederoopbouwperiode. En wie weet kunnen er ook wel dingen beter dan vroeger, zoals het nog meer delen en uitdragen van kennis en ervaringen.’
Schatplichtig
Henk Groenendijk is actief belijdend christen en ziet daarin ook een duidelijke verbinding met zijn opvattingen over de openbare ruimte. In algemene zin is onze planeet in de christelijke visie een schitterend product van de goddelijke schepping, een product waar we liefdevol en verantwoordelijk mee om moeten gaan – als goede rentmeesters. Duurzaamheid past wat betreft Groenendijk helemaal in dat streven. Meer specifiek zijn er diverse mensen en geschriften die Groenendijk inspiratie en richting hebben verschaft in zijn professionele loopbaan. We noemen er enkele:
- Guido de Bres, een Waalse protestant uit de zestiende eeuw. Grondlegger van de Nederlandse geloofsbelijdenis, een belangrijke onderlegger van de protestante leer in Nederland. Hij beschreef de schepping als een schoon (=mooi) boek. Hiermee staat het achte gebod in verband. Ook op te vatten als het niet ‘verkwisten Zijner gaven’, ofwel verantwoord omgaan met wat je in bruikleen gekregen hebt.
- W.N. Rose, stadsarchitect van Rotterdam van 1839 tot 1855 en Rijksbouwmeester van 1858 tot 1867. Pleitte voor de oprichting van een Dienst Gemeentewerken in Rotterdam. Initiator van het Waterproject in 1842 om cholera te bestrijden en ook G.J. de Jongh, bevlogen directeur van de dienst Gemeentewerken, opvolger van W.N. Rose. Hij voltooide het Waterproject van W.N Rose en was actief in het netwerk waaruit Stadswerk ontstond.
Van onze partner, Stadswerk Magazine (nummer 10, 2022). Tekst: Michiel G.J. Smit, Redactie Stadswerk Magazine
Foto bovenaan: S.J. de Waard, CC BY 3.0, via Wikimedia Commons