terug

Marktplein Hengelo: van hoofdpijndossier naar succesverhaal

Het Marktplein in Hengelo was decennialang een hoofdpijndossier voor de gemeente. Tot een social mediacampagne het proces weer op gang trok. Twaalf maanden later was er De Torenkamer, een ontwerp met veel groen, water en speelplekken, bedacht in een co-creatie-proces door ruim 2.000 Hengeloërs. 

Joop Hofman en Marijn Roze hebben als procesbegeleiders bijgedragen aan de ontwikkeling van het Marktplein. Hofman had eerder al succesvol gewerkt in de gemeente Hengelo. Eind 2019 kreeg hij een telefoontje van de gemeente. Het gesprek dat erop volgde enthousiasmeerde niet, het vooruitzicht van de samenwerking met Roze wel. Hofman: ‘In no time stond er een inspirerend voorstel op papier. Met een provocerende titel: “Vanuit gedoe gaan we er samen iets moois van maken”. We kregen de opdracht. Uiteindelijk een dappere keuze van de gemeente, want met ons wisten ze dat “gedoe” gegarandeerd was.’ 

Hofman en Roze gingen aan de slag. Stap één: een sessie om kaders te stellen met de gemeenteraad. Roze: ‘Raadsleden waren best sceptisch en stonden er politiek in, een lading die er gedurende het proces wel af is gegaan. Die avond werd ons pas echt duidelijk dat het Marktplein een optelsom van ellende en mislukkingen was. De startpositie was fatalistisch.’ Twee dagen later gingen Hofman en Roze de stad in. Hofman: ‘We spraken met marktkooplui, buren van het Marktplein, jongeren, kinderen, ondernemersverenigingen, mensen in buurt- en wijkcentra en de Gehandicaptenraad. Informele, open gesprekken met mensen die wilden bijdragen aan hun stad. Steeds met als leidende vragen: wat is de functie van het Marktplein, wat vinden jullie van belang en wil je ook mee doen?’ 

Vasthouden aan eigen proces 

Het dossier Marktplein bleek mediageniek. Roze: ‘Vooral dagblad Tubantia besteedde er veel aandacht aan. En was kritisch. Maar mede door de media-aandacht groeide de betrokkenheid bij het proces.’ Hofman: ‘We hadden een plan en allerlei partijen wilden spontaan meedoen. We zochten geen vertegenwoordigend orgaan, maar iedere Hengeloër kon meedoen. Alle perspectieven werden gehoord. Partijen wilden hun belang articuleren en zochten hun eigen weg om dit buiten het participatieproces om te doen. Zo ontstond er vanuit de culturele voorhoede van de stad al een actiegroep tegen ons plan, toen dat er nog niet was. Alle reuring maakte het voor de gemeente en de raad tot een spannend proces. Het leerde ons om vast te houden aan ons eigen proces. Doe je dat niet, dan word je een speelbal van de belangen van anderen.’ De spanning in de raad liep hoog op. Roze: ‘Kantelpunt was het optreden van Brigiet Schoemaker (zie tekst onderaan). Ze vroeg haar collega-raadsleden om vertrouwen en stelde voor om belanghebbenden direct naar ons door te sturen.’ 


Professional in de openbare ruimte? Dan lees je Stadswerk Magazine!


Inmiddels hadden Hofman en Roze 1.300 Hengeloërs gesproken en de rode draad in het document Trendrapportage gezet. Om dat te duiden volgden vijf ‘maakbijeenkomsten’ met niet alleen de verwachte deelnemers, maar ook veel gewone Hengeloërs, zoals Jeroen en Stephanie (zie kadertekst). Aanvankelijke scepsis en wantrouwen hadden bij hen plaats gemaakt voor nieuwsgierigheid. Hofman: ‘De belangrijkste opbrengst van die sessies was begrip voor elkaars belangen en standpunten.’ 

Niet ‘ophalen’, maar bouwen aan relaties 

Het resultaat was ‘Weendrichting’, op zijn Hengeloos, een volgende tussenstand. Roze: ‘Dat bevatte de opdracht van de stad aan architect Wim Voogt om te komen tot vier scenario’s. In deze stap ontstond weer wat ruis, toen Tubantia publiceerde dat er vier kant-en-klare ontwerpen zouden komen waar mensen uit konden kiezen.’

Foto: Mx Lucy, CC BY-SA 4.0, via Wikimedia Commons

De laatste stap werd, gedwongen door coronabeperkingen, een ZOOM-sessie. Hofman: ‘Verschillende geledingen uit de stad en voor- en tegenstanders waren in een groep van negen panelleden vertegenwoordigd. Zo’n 250 andere mensen deden digitaal mee. Via de website hebben nog eens 500 mensen op de vier scenario’s gereageerd. Niet met “ja” of “nee”, maar door per scenario vier vragen te beantwoorden. Iedereen die dat deed, kreeg van ons een persoonlijk mailtje terug. We zetten in op relaties en zien deze inwoners echt als “makers van hun stad”. Daarom wilden we dit onderdeel graag zelf in de hand houden. Zo wisten we zeker dat mensen een persoonlijk antwoord kregen, met een haakje om door te praten.’ 

Applaudisseren voor de stad 

Architect Voogt werkte na deze stap een conceptontwerp uit. Roze: ‘Hij stak veel energie in het uitleggen ervan, waardoor het direct positief werd ontvangen. Tubantia pakte uit met een artikel van twee pagina’s met de kop “Hengelo omarmt het Marktplein”. Dat was echt een kippenvelmoment. De opinieleiders in de stad vinden het nog steeds niet het beste plan, maar zagen wel in dat het ontwerp het succes van de gewone Hengeloër was geworden.’ Tien maanden later is de blijdschap over wat is bereikt er nog steeds, net als zorgen over het vervolg.

Hofman: ‘Er is een netwerk van meer dan 200 co-creators ontstaan. Dat is een enorme opbrengst! De stad voelde zich ook echt eigenaar van het proces en is weer trots op het plein. Houd dat gevoel vast, zorg ervoor dat de stad het gaat gebruiken en laat het niet weer een intern proces worden. De Hengeloërs hebben hoe dan ook ervaren wat het betekent om samen wat voor elkaar te krijgen. En de gemeente heeft daar een hartstikke positieve rol bij gespeeld. Ik wens de stad toe dat de gemeente inwoners ruimte blijft geven om hun eigen stad te veroveren!’ 

Een aantal hoofdrolspelers aan het woord

Jeroen Zandsteeg deed als actieve bewoner vanuit overtuiging mee. ‘Hengeloërs hebben overal een mening over. “Hadden ze maar zus, ze moeten zo”. Ik stapte in en werd onderdeel van een breed, gemêleerd gezelschap dat heeft samengewerkt aan dit ontwerp. Wil je een stad met tevreden mensen, dan zijn dergelijke trajecten bijna een voorwaarde.’ 

Joop Nijenhuis is programmamanager Binnenstad en opdrachtgever Stedelijke Ontwikkeling bij de gemeente Hengelo. ‘Het was van meet af aan een enorm beladen proces, waar de hele stad een mening over had. Juist bij zo’n ontwerpopgave is een goed en eerlijk participatieproces een procesversneller. Het is gelukt de gewone Hengeloërs écht te betrekken. Ze hebben naar elkaar geluisterd en er is wederzijds respect ontstaan.’ 

Stephanie Jansen-Kosterink was sceptisch toen ze op het plein door Marijn en Joop werd aangesproken. ‘Door het prettige, persoonlijke contact schoot ik al snel uit de ‘onderuithangstoel- stand’. En als je dan A zegt, moet je ook B zeggen. In de bijeenkomsten ontdekten we wie we als Hengeloërs zijn en waarom we trots op onze stad mogen zijn!’ 

Brigiet Schoemaker is ondernemer, raadslid voor de VVD en woordvoerder Binnenstad. ‘Als gemeenteraad hebben we op voorhand alleen kaders gesteld en ons er verder niet teveel mee bemoeid. Dat is best lastig, want je bent raadslid omdat je ideeën hebt voor de stad en samenleving. Maar toen de kaders stonden, moesten we het proces meelopen, ongeacht wat we er onderweg van vonden. Dat leverde wel eens spanningen op. Al met al is het een mooi proces geweest. Joop en Marijn stonden daarbij altijd open voor de opbouwende kritiek van ondernemers en gemeenteraad. En er ook wat mee deden.’ 

Van onze partner, Stadswerk Magazine (nummer 2, 2022). Tekst: Eelco Visser, Denk- en Doenetwerk Naar Daar


Bekijk ook deze items