terug

Overschakelen op stadswarmte: Casus Bovenkruier laat zien wat je tegen kunt komen

Omschakelen van gas naar stadswarmte is een complexe operatie, onder meer omdat het alleen kan als een ruime meerderheid in een wooncomplex of buurt meegaat. Ook zijn vaak ingrepen in de openbare ruimte nodig, zoals de aanleg van transportleidingen en tijdelijke warmtevoorzieningen. Hoe organiseer je zoiets? Casus Bovenkruier in Amsterdam-Noord laat het zien. 

De verschillende complexen die Eigen Haard in de Molenwijk in bezit heeft – waaronder de Bovenkruier en de Grondzeiler – stonden bij ons al in de planning om te verduurzamen’, vertelt Alexandra Rus, projectregisseur verduurzaming Bovenkruier bij Eigen Haard. ‘Toen uit het onderzoek van de gemeente en de corporaties stadswarmte als preferente aardgasvrije techniek voor de Molenwijk naar voren kwam, hebben we besloten de woningen uitgebreid te verduurzamen én aan te sluiten op stadswarmte. Aangezien het einde van de levensduur van de cv-ketels in zicht kwam, was dit moment daarvoor ook heel geschikt. Door de verduurzaming en de aansluiting op stadswarmte gelijktijdig en slim aan te pakken, hoeven we maar één keer in de woningen aan de slag en ondervinden de bewoners ook maar één keer overlast van de werkzaamheden.’ 

Lager energieverbruik 

Het verduurzamingspakket voor de Bovenkruier omvat een groot aantal maatregelen, maakt Rus duidelijk. ‘De woningen worden voorzien van HR++- glas en alle gevels worden geïsoleerd, waarbij bovendien al het asbest uit de gevels wordt verwijderd. Ook verbeteren we de kierdichting en krijgen de woningen een ventilatiesysteem dat warmte terugwint.’ Alle maatregelen samen leiden ertoe dat de warmtevraag van de woningen afneemt. Dat maakt het mogelijk de woningen op de middentemperatuur van 70 graden Celsius aan te sluiten. Rus: ‘De lagere warmtevraag betekent dat de bewoners bij dezelfde manier van gebruik een lager energieverbruik hebben.’ De opdracht voor het uitvoeren van de werkzaamheden heeft Eigen Haard gegeven aan hoofdaannemer Nijhuis. Installatiebedrijf Klomp voert als onderaannemer het installatiewerk uit in de woningen. Rus: ‘Samen met Vattenfall hebben we ervoor gekozen om deze installateur de aansluiting op het warmtenet in het complex te laten uitvoeren.’

Foto: Pixabay

Remco Bal van Vattenfall legt de voordelen daarvan uit: ‘Doorgaans nemen wij als opdrachtgever voor de aanleg van de stijgleidingen in het complex zelf een aannemer in de arm. Hier voert de installateur van Eigen Haard dat werk uit. Deze partij kent de woningen al en is goed in staat om oplossingen te bedenken voor zaken die afwijken van de standaardsituatie. De installateurs van corporaties zijn inpandig vaak zeer behendig. Installatiebedrijf Klomp gaat op basis van onze specificaties in het complex aan de slag en wanneer het leidingwerk gereed is en wij hebben gecontroleerd of het aan die specificaties voldoet, dragen zij het aan ons over.’ 

Draagvlak nodig 

Om de verduurzamingsplannen en de aansluiting op het warmtenet ook daadwerkelijk uit te kunnen voeren, had Eigen Haard de instemming nodig van 70 procent van de bewoners. ‘We hebben de bewoners eerst langs verschillende wegen – nieuwsbrieven, maar ook een informatiemarkt – over de plannen geïnformeerd’, vertelt Rus. ‘Vervolgens hebben we hen eind 2021 een verbetervoorstel gestuurd en uitgenodigd om in de modelwoning de “nieuwe” situatie te bekijken. Daarna hebben we hen gevraagd om ons schriftelijk binnen een aantal weken te laten weten of ze wel of niet instemden met het plan.’ De bewoners van de Bovenkruier hebben de plannen voor verduurzaming en stadswarmte positief ontvangen. Rus: ‘Met de Bovenkruier willen we laten zien dat de overstap van gas naar stadswarmte echt een verbetering is. Soms zitten we een beetje in een spagaat: we hebben de opgave om onze gebouwen te verduurzamen en aardgasvrij te maken én we hebben 70 procent draagvlak nodig van de bewoners. En dat laatste brengt soms uitdagingen met zich mee. Zo worden bewoners die niet reageren ook als nee-stemmer aangemerkt.’ 

Planning het meest spannend

Inmiddels zijn de voorbereidingen in volle gang. In de bergingen is voor de zomer gestart met het aanleggen van warmteleidingen. ‘Bij de uitvoering is de planning het meest spannend’, vertelt Rus. ‘De stijgleidingen worden gemonteerd in een schacht waar nu nog de verbrandingsgasafvoeren van de combiketel zitten. In deze schachten plaatst de installateur telkens een leidingstuk – met daarop een afsluiter – dat reikt tot de volgende verdieping. Het mooie van deze aanpak is dat een woning in één dag van aardgas overgaat op stadswarmte. Wel is het nodig dat alle huurders van de boven elkaar gelegen woningen meewerken. Dat betekent dat je iedereen goed en ver van tevoren moet informeren, goede en eenduidige communicatie van alle partijen richting bewoners is zeer belangrijk. Daarom hebben alle partijen nauw overleg met elkaar en werken we intensief samen.’ 


Professional in de openbare ruimte? Dan lees je Stadswerk Magazine!


‘Op communicatief vlak was er behalve richting de bewoners van het complex, ook in de wijk het een en ander te doen’, vertelt stakeholder manager Ayhan Yazgili van Vattenfall. ‘We maken gebruik van een tijdelijke warmtevoorziening en daar bestond aanvankelijk wel wat weerstand tegen. De Bovenkruier is het eerste complex van een hele buurt die we op stadswarmte hopen aan te sluiten. Maar de flat ligt op een flinke afstand van ons huidige warmtenet. Het is daarom nodig meer dan een kilometer transportleiding aan te leggen. En dat werk is natuurlijk niet van de ene op de andere dag gedaan. Om de Bovenkruier toch al van warmte te kunnen voorzien, werken we met een tijdelijke voorziening als warmtebron. In feite is dat een gasketel ter grootte van een container. Die is inmiddels in de wijk geplaatst en zal er maximaal twee jaar staan. Vooral bewoners van andere flats dan de Bovenkruier stonden daar in eerste instantie kritisch tegenover.’ 

Elk gebouw doorloopt zijn eigen traject 

‘Sommige wijkbewoners maakten zich zorgen over het uitzicht op de tijdelijke warmtecentrale’, vervolgt Yazgili. ‘Ook bestond de vrees dat de plaatsing van de voorziening ten koste zou gaan van groen in de wijk en van een beloofde sportvoorziening. Bovendien waren verschillende wijkbewoners argwanend; ze hadden het idee dat ook voor hen de keuze voor stadswarmte al gemaakt was en ze waren bang geen keuze meer te hebben. Die zorgen hebben wij geprobeerd weg te nemen: de tijdelijke voorziening is vooralsnog alleen bedoeld voor de Bovenkruier en mogelijk in de toekomst voor andere gebouwen. Maar elk gebouw doorloopt zijn eigen traject en de bewoners van de verschillende complexen mogen telkens zelf kiezen. Wat betreft het aanzicht van de tijdelijke centrale wilden we graag gehoor geven aan de zorgen van de bewoners. Daarom hebben wij het initiatief genomen om het hekwerk te laten beplanten om het zoveel mogelijk in de omgeving op te laten gaan.’ 

Gezamenlijk met elkaar optrekken 

In de communicatie over de tijdelijke warmtevoorziening heeft Vattenfall zich al snel ook op andere wijkbewoners gericht dan alleen de bewoners van de Bovenkruier. Yazgili: ‘We hebben bewoners, onder meer met huis-aan-huis-brieven, uitgenodigd om contact met ons op te nemen als ze vragen hebben. Daarnaast hebben we een hele dag in een bouwkeet in de wijk gezeten. Daar zijn aardig wat mensen op afgekomen.’ Dit heeft ertoe geleid dat een Vereniging van Eigenaren – naast het bezit van verschillende corporaties kent de wijk ook veel particuliere woningeigenaren – Vattenfall heeft gevraagd om op de ledenvergadering de werking van stadswarmte toe te lichten. Volgens Yazgili een mooie kans om als betrokken partijen samen te werken. ‘Wij willen graag dat bijvoorbeeld ook de gemeente en woningcorporaties aansluiten bij dat soort bijeenkomsten, want er komen ongetwijfeld vragen over subsidies of technische planningen. Om te voorkomen dat bewoners op basis van gebrekkige of verkeerde informatie stadswarmte als optie uitsluiten, is het essentieel dat alle betrokken partijen in die wijk gezamenlijk met elkaar optrekken. Die samenwerking zijn we nu aan het vormgeven.’ 

Van onze partner, Stadswerk Magazine (nummer 1, 2023). Tekst: Gert Jan Kleeffmann, Leene Communicatie i.o.v. Vattenfall


Bekijk ook deze items